Category Archives: bij Hoofdstuk 9 – Langzaam en onbetrouwbaar

Uit Hoofdstuk 9: Het logo

Een daverende donderklap had ons opgeschrikt. Het had griezelig dichtbij geklonken, alsof het in de garage was. Ik had de radio aangezet om de donder niet te hoeven horen en toen opeens was Lars op een idee gekomen door die muziek.
‘De G-sleutel, dat is een vet logo! Ik ken hem van mijn
pianoboek,’ had Lars geroepen. ‘Hij staat in de notenbalk.’
Voor de G-kracht-club had hij meteen ook een dubbele
G-sleutel getekend in de vorm van de looping van de
achtbaan. De anderen hadden het meteen oké gevonden
als logo.

Sam had nog wel even gesputterd toen ik op mijn T-shirt
het logo met wortels en radijsjes versierde.
Op de achterkant van mijn T-shirt had ik ook nog eens
een soeppan gezet met tekst eronder.
‘Reclame rijmt toch best vaak? Proef soep uit de soeppan,
krijgt niemand genoeg van!’
Hoe meer rijm, hoe beter.

( pagina 75 )

danger

Uit Hoofdstuk 9: Reclamemakers

Sam maakt foto's van bedrukte t-shirts

Het was stom toeval dat we die krantenfoto  hadden ontdekt die ochtend. Dat kwam eigenlijk door de regen. Na het ontbijt waren we naar binnen gevlucht en Diet had stiften en witte shirts, die we konden gaan versieren. De stiften waren textielstiften die Diet speciaal voor regenweer had gekocht.

‘Is er ook papier?’ Sam was bij de tafel blijven staan. ‘Want we moeten nog reclame maken voor ons optreden in de muziektent.’
‘Reclamebureau Spikes en co,’ had Lars gezegd met een hand vlak boven Sams haar. Kelly was alvast een lijst van reclameplekken gaan opstellen. Ze had er 29 bedacht. De gymzaal, de supermarkt, de bushaltes en nog zo wat. Daar konden we allemaal reclame voor de soepactie hangen ….

Lars had gerijmd: ‘Proef soep uit de soeppan, Doe goed, voel je goed man!’
En Sam had goedkeurend geroepen: ‘Oe, oe.’
Maar Kelly had krullen rond haar pan getekend. Daaronder had ze in dikke letters geschreven: ‘Proef soep, kom in de rij,
Doe goed, koop verwennerij!’
Want haar tante Esselien zei dat woord altijd. Verwennerij.
‘En die kookt altijd soep. Dus …’
‘Dus …’ hadden we met ons drieën geroepen.

Zo hadden we allerlei plannetjes voor reclame. Sam had er foto’s van gemaakt met zijn telefoon.

( pagina 74 en 76)

geheime opdracht

schrijvend2
In een boek staan nooit  twee woorden hetzelfde, niet naast elkaar tenminste. Soms lees je dat mensen praten. En dan zeggen ze in het echt weleens twee woorden hetzelfde.
Dus dus deze zin staat niet in een boek.
Want er staat Dus dus.
En bijna nergens staat in een boek eh’ of ‘ehm.’ Of misschien alleen als er een stotteraar aan het woord is.

Maar in echte gesprekken zegt iedereen weleens een woordje nog een keer. Iets wat je zelf hebt gezegd of wat een ander net gezegd heeft. Praten is soms net een dansje. Het voelt fijn als een ander een woord van jou herhaalt. Want dan weet je zeker dat het is gehoord.

1. Deze opdracht is geheim. Dus niets zeggen tegen je vriend(in). Tel alleen de keren dat zij eh of  ehm gebruiken.

2. Vertel wat je hebt geteld en vraag of ze het ook bij jou doen..

3. Probeer samen elke keer dat je eh of ehm wilt zeggen tja uit. Dus niet: ‘Gisteren waren we, eh, naar het, eh, zwembad.’  Maar ‘Gisteren waren we, tja, naar het, tja, zwembad.’

4. Welke woordjes kun je nog meer als leeg vulwoordje gebruiken? Nou? Echt? Eigenlijk? Zoiets als?

Uit Hoofdstuk 9: Brandnetelsoep

soepetiketten
Diet is in de keuken bezig. Ze heeft de brandnetelsoep over tien bakjes verdeeld. Nu de soep afgekoeld is, mogen de deksels erop. Ik kan de etiketten vast schrijven, vindt Diet. Dus pen ik haar voorbeeld over. Hoe vaker ik het schrijf, hoe gekker het
klinkt. ‘Brand-ne-tel-soep.’ Brannetelsoep.

Ik pak mijn schrift erbij en zet het woord bij:
‘Het mysterie van de verdwenen letters.’

Dat is een lijstje met teveel letters. Onderweg in de auto heb ik “Gorinchem” opgeschreven. Want mama zei dat je het uitspreekt als “Gorkum”. Er staat nu verder:

Tandpasta – tan-pasta
Schildpad – schil-pad
Aardbeien – aar-beien
Brandnetelsoep- bran-netelsoep

Kelly vindt me vast idioot als ze dit leest. Dit schrift moet ik zo weer onder de stapel kookboeken leggen. Ik zucht en voel me blij. Eindelijk heb ik vrienden aan wie ik mijn taalverzinsels wel durf te vertellen. Ik zucht en klap het schrift dicht. Nu ga ik slapen.

( pagina 72 )